Menu

Filter op
content
PONT Omgeving

Artikel 19j [Geldend t/m 31-12-2016]

  • 1

    Een bestuursorgaan houdt bij het nemen van een besluit tot het vaststellen van een plan dat, gelet op de instandhoudingsdoelstelling, met uitzondering van de doelstellingen, bedoeld in artikel 10a, derde lid, voor een Natura 2000-gebied, de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in dat gebied kan verslechteren of een significant verstorend effect kan hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen, ongeacht de beperkingen die terzake in het wettelijk voorschrift waarop het berust, zijn gesteld, rekening

    • a.

      met de gevolgen die het plan kan hebben voor het gebied, en

    • b.

      met het op grond van artikel 19a of artikel 19b voor dat gebied vastgestelde beheerplan voor zover dat betrekking heeft op de instandhoudingsdoelstelling, met uitzondering van de doelstellingen, bedoeld in artikel 10a, derde lid.

  • 2

    Voor plannen als bedoeld in het eerste lid, die niet direct verband houden met of nodig zijn voor het beheer van een Natura 2000-gebied maar die afzonderlijk of in combinatie met andere plannen of projecten significante gevolgen kunnen hebben voor het desbetreffende gebied, maakt het bestuursorgaan alvorens het plan vast te stellen een passende beoordeling van de gevolgen voor het gebied waarbij rekening wordt gehouden met de instandhoudingsdoelstelling, met uitzondering van de doelstellingen, bedoeld in artikel 10a, derde lid, van dat gebied.

  • 3

    In de gevallen, bedoeld in het tweede lid, wordt het besluit, bedoeld in het eerste lid, alleen genomen indien is voldaan aan de voorwaarden, genoemd in de artikelen 19g en 19h.

  • 4

    De passende beoordeling van deze plannen maakt deel uit van de ter zake van die plannen voorgeschreven milieueffectrapportage.

  • 5

    De verplichting tot het maken van een passende beoordeling bij de voorbereiding van een plan als bedoeld in het tweede lid geldt niet in gevallen waarin het plan een herhaling of voortzetting is van een plan of project ten aanzien waarvan reeds eerder een passende beoordeling is gemaakt, voor zover de passende beoordeling redelijkerwijs geen nieuwe gegevens en inzichten kan opleveren omtrent de significante gevolgen van dat plan.

  • 6

    Het eerste tot en met derde lid en het vijfde lid zijn van overeenkomstige toepassing op projectbesluiten als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, onderdeel f, van de Wet ruimtelijke ordening.

Informatie geldend op 29-12-2016

Regelgeving die op dit artikel is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Beleidsregels en circulaires die dit artikel als wettelijke bevoegdheid hebben

Geen

Artikelen of vergelijkbare tekst die verwijzen naar dit artikel

  1. Kavelbesluit I windenergiegebied Borssele
    tekst: tekst

  2. Kavelbesluit II windenergiegebied Borssele
    tekst: tekst

  3. Kavelbesluit III windenergiegebied Borssele
    tekst: tekst

  4. Kavelbesluit IV windenergiegebied Borssele
    tekst: tekst

  5. Kavelbesluit V (innovatiekavel) windenergiegebied Borssele
    tekst: tekst

  6. Natuurbeschermingswet 1998
    artikel: 19k, 19kb, 1

  7. Spoedwet wegverbreding
    artikel: 9

  8. Tracéwet
    artikel: 9, 13

  9. Wet milieubeheer
    artikel: 7.2a

  10. Wet windenergie op zee
    artikel: 5

Overzicht van wijzigingen voor dit artikel

(29-12-2016)

Ontstaansbron

Inwerkingtreding

Datum van inwerking- treding

Terugwerkende kracht

Betreft

Ondertekening

Bekendmaking

Kamerstukken

Ondertekening

Bekendmaking

Opmerking

01-01-2017

intrekking-regeling

16-12-2015

Stb. 2016, 34

33348

11-10-2016

Stb. 2016, 384

01-07-2010

wijziging

17-12-2009

Stb. 2010, 20

31755

20-05-2010

Stb. 2010, 197

31-03-2010

wijziging

18-03-2010

Stb. 2010, 135

32127

18-03-2010
samen met
18-03-2010
samen met
24-03-2010

Stb. 2010, 135
samen met
Stb. 2010, 136
samen met
Stb. 2010, 137

Inwtr. 1

15-07-2009

t/m 01-07-2008

wijziging

25-06-2009

Stb. 2009, 297

31750

25-06-2009

Stb. 2009, 297

Alg. 2

01-02-2009

wijziging

29-12-2008

Stb. 2009, 18

31038

21-01-2009

Stb. 2009, 23

01-07-2008

wijziging

22-05-2008

Stb. 2008, 180

30938

16-06-2008

Stb. 2008, 227

01-10-2005

nieuw

20-01-2005

Stb. 2005, 195

28171

21-09-2005

Stb. 2005, 473

Opmerkingen

  • 1) Inwerkingtreding voorheen door Stb. 2010/135 gesteld op 1 januari 2010.

  • 2) Abusievelijk is een wijzigingsopdracht geformuleerd die niet kan worden doorgevoerd.